Als kind ben je vast gewaarschuwd voor de berenklauw, maar hoe gevaarlijk is deze plant eigenlijk? Tot het geslacht berenklauw ((Heracleum)) behoren zo’n 60 soorten. In Nederland komen twee soorten voor, de gewone berenklauw (Heracleum sphondylium) en de reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum). De naam verwijst naar de bladeren die lijken op een klauw. De gewone berenklauw is inheems en de reuzenberenklauw is een exoot.
Gewone berenklauw
Deze inheems berenklauw groeit op stikstofrijke, vochtige grond in halfschaduw of zon. De vaste plant wordt maximaal 2 meter hoog en komt vaak voor langs dijken en wegen. De plant is te vinden op grasland, in bosjes en bossen, zo ook in het Oertijdpark. De plant bloeit met prachtige witte bloemen van juni tot oktober.
Gebruik van Gewone berenklauw van prehistorie tot nu
In Nederland verbinden we de naam berenklauw aan de reuzenberenklauw die brandwonden kan opleveren. We associëren deze plant met gevaar waardoor we de plant laten staan of zelfs verwijderen. De plant kan gebruikt worden voor diverse doeleinden, maar was men in de prehistorie hier al bekend mee? De reuzenklauw was hier niet dus zal de mens geen gevaar hebben gezien in deze plant.

De zaden zijn te gebruiken en lijken op de smaak van kardemom. De zaden kun je gebruiken bij het koken, maar ook gemalen door salades heen. De grote bloemknoppen zijn van mei tot augustus rauw te gebruiken in salades. In Estland, Letland, Litouwen en Rusland worden de jonge stengels van 15-20 cm in de zon gedroogd (zoete, witte kristallen vormen zich op de stengel). De smaak lijkt op zoete komkommer, kokosnoot en mandarijntjes. De stengels moeten worden geplukt voordat de bladeren ontvouwen, oudere stengels kunnen worden geschild. Bij het schillen moeten handschoenen worden gedragen om huidirritatie te voorkomen.
In Oost-Europese landen wordt de plant gebruikt als afrodisiac en om gynacologische en vruchtbaarheidproblemen op te lossen. De plant wordt soms aangeraden voor epilepsie. Al deze toepassingen zijn niet door de wetenschap bewezen.
Reuzenberenklauw
Deze soort kan tweejarig tot vaste plant zijn. In de 19e eeuw is de reuzenberenklauw als sierplant in Europa geïntroduceerd uit het zuidwesten van Azië. Inmiddels is deze exoot ook in de natuur te vinden en zelfs in de steden. De plant wordt gezien als gevaar door de schadelijke werking van het sap van de plant op de huid en in de ogen.
De plant kan vier meter hoog worden en bloeit met witte bloei in het tweede jaar. Het eerste jaar wordt de plant maximaal 50 cm hoog. De periode van bloei start in juni en eindigt in augustus. Na de bloei sterft de plant af. De plant is te vinden langs wegen of op plaatsen zonder bewerking en begrazing en groeit graag op verstoorde, voedselrijke grond. De plant is een pionier.
Gevaar berenklauw
Hoe giftig is de reuzenberenklauw? De berenklauw is niet zo giftig als sommige andere planten, maar de sap van de plant bevat furocoumarinen. Na contact met het sap en zonlicht kan de huid rode jeukende vlakken, zwellingen en zelfs blaren vertonen binnen 48 uur. De huid kan eruit zien als een brandwond en het duurt ruim 2 weken tot de wond is genezen. In de ogen kan het sap tot blindheid leiden. Afspoelen en vermijden van zonlicht kan helpen, maar het contact moet vermeden worden door vermijden en bestrijden zonder contact met de huid (handschoen, lange broekspijpen, lange mouwen). Kortom de reuzenberenklauw is gevaarlijk.
Conclusie
Inheemse berenklauw kan bruikbaar zijn, maar doordat deze kan worden verwisseld met de giftige reuzenberenklauw of waterscheerling (Cicuta virosa) raden we het af de plant te plukken. Wat ze er in de prehistorie mee deden blijft een raadsel!
Door Nadine Lemmers & Marlous Coers