Met ruim 150 medewerkers (ruim 100 vrijwilligers) en bijna 90.000 bezoekers per jaar gebeurt er van alles in en om het Hunebedcentrum. Ria Blom neemt u mee achter de schermen en volgt elke week iemand anders in zijn werk.
Afgelopen dinsdag 12 september liep Ria mee met de rondleiders Gezinus en Grietje die een rondleiding geven aan een groep cursisten van Nederlands als tweede taal (NT2). Tijdens het bezoek wordt op een leuke manier de taal geleerd en geoefend, maar krijgt de groep ook het verhaal te horen van de oudste monumenten van Nederland…
In het spoor …. van de museumdocenten
Een enthousiaste en geïnteresseerde groep mensen uit Beilen brengt een bezoek aan het Hunebedcentrum. Niet alleen de bezoekers zijn in opperbeste stemming, ook de rondleiders van dienst hebben er zin in. Grietje Volders is 10 jaar als vrijwilliger werkzaam in het Hunebedcentrum en Gezinus Smeenge leidt al 8 jaar bezoekers rond. Na een korte inleiding en het bekijken van de film De reis van de steen, gaat de groep, bestaande uit mensen uit landen als Irak, Armenie en Congo, richting het grote hunebed. Ik loop mee met de groep van Gezinus, die als gepensioneerd schoolmeester zijn beroep nog niet verleerd is. Hij praat energiek en houdt iedereen tijdens de anderhalf uur durende rondleiding bij de les.

Grietje en Gezinus, zijn 2 van de 17 rondleiders die bij het Hunebedcentrum actief zijn. Om hun kennis op peil te houden volgen ze regelmatig de lezingen en cursussen die door het Hunebedcentrum worden georganiseerd. Deze cursussen en hun jarenlange ervaring zorgt voor een degelijk historisch verhaal tijdens de rondleiding. Maar wat je precies vertelt tijdens een rondleiding dat hangt af van de samenstelling van de groep bezoekers, aldus Gezinus en Grietje. Soms bestaat de groep uit jonge kinderen die bang zijn voor de levensechte Hunebedbouwersfamilie in de tentoonstelling en een andere keer zijn het middelbare scholieren die alles willen weten over de verschillende manieren van begraven. Vandaag is het de groep uit Beilen met mensen die de Nederlandse taal aan het leren zijn. Een goede rondleider voelt aan welke toon hij moet aanslaan en op welk niveau het verhaal verteld kan worden.

Ademloos wordt er geluisterd als Gezinus bij het grote hunebed vertelt over Rene, het boefje uit Borger, die was gaan graven in het grote hunebed. Er wordt uitgebreid stilgestaan bij een ingewikkeld woord als het Trechterbekervolk en de doorwaadbare plaats. In het nagebouwde hunebed is er ruimte voor een discussie over wel of geen leven na de dood. Daarna worden de vitrines met de vondsten uit hunebed D26 aandachtig bekeken. Gezinus kan tevreden zijn als hij de bezoekers overdraagt aan twee hunebedbouwers die met de groep een tijdreis gaan maken door het Oertijdpark.
