In Nederland ontstonden vanaf de laatste ijstijd veel veengebieden. Tijdens het ontginnen van deze veengebieden kwamen veel vondsten tevoorschijn zoals gebruiksvoorwerpen en veenlijken, maar ook infrastructuur.
Veenweg en tempeltje
In Nederland ontstonden vanaf de laatste ijstijd veel veengebieden. Tijdens het ontginnen van deze veengebieden kwamen veel vondsten tevoorschijn zoals gebruiksvoorwerpen en veenlijken, maar ook infrastructuur.
Houtvondsten vertellen ons dat mensen de veengebieden wilden doorkruisen: al vanaf de nieuwe steentijd bouwde men lange wegen van hout door het veen. De vroegste veenwegen werden gemaakt door boomstammen dwars op het veen te leggen. Later gebruikte men planken waardoor er minder hout nodig was.
Om te zorgen dat de veenweg niet weg zou drijven werd het hout met pinnen in het veen vastgezet. Omdat er wielen in het veen zijn gevonden weten we dat er karren op de veenwegen hebben gereden. Wellicht waren de wegen handelsroutes.
De hier gereconstrueerde veenwegen zijn gebaseerd op het smalle ‘Zuidelijk plankenvoetpad’ van Barger-Oosterveld en de brede ‘Valtherbrug’ van Valthe en dateren uit de brons- en ijzertijd.
In een veengebied bij Barger-Oosterveld zijn de resten gevonden van een houten tempel van 2 bij 2 meter. De tempel dateert uit de midden bronstijd en is uniek in Nederland. De resten bestaan uit een fundering van eikenhouten planken met daarin 8 palen, omringd door een cirkel van keien. Hoe het tempeltje er uit heeft gezien is deels te reconstrueren door de vondsten die naast de fundering zijn gevonden.
