Met ruim 150 medewerkers, (meer dan 100 vrijwilligers) en bijna 90.000 bezoekers per jaar gebeurt er van alles in en om het Hunebedcentrum. Ria Blom neemt u mee achter de schermen en volgt elke week iemand anders in zijn werk.
Deze keer gaat Ria wildplukken met Jacqueline Speelman …
In het spoor van … een oerwildplukker
“Als je niet weet wat het is, zou ik het niet eten”, aldus Jacqueline. En voordat je een notig smakend brandnetelblaadje in je mond stopt, kun je het best eerst even de brandhaartjes tussen je vingers pletten om een al te heftige smaaksensatie te voorkomen. Het zijn dit soort handige tips die je tijdens een wandeling oerwildplukken met Jacqueline Speelman krijgt. Jacqueline is afgestudeerd als illustratrice en combineert bij het Hunebedcentrum haar vak met haar passie voor de natuur. Ze geniet van de natuur rond het Hunebedcentrum als ze aan het werk is als oermens. Jacqueline maakt illustraties in opdracht. Op dit moment is ze bezig met een kleurplaat van een wezel tussen de bramenstruiken. Andere kleurplaten van haar hand zijn al te vinden op de website van het Hunebedcentrum.
Als klein meisje blijft Jacqueline al bij ieder grassprietje staan en vangt ze kikkers in de sloot. Nu woont ze samen met haar partner die ecoloog is bij het Drentse Landschap, in een oud sluiswachtershuis middenin de natuur. Ze geniet ervan om tijdens haar werk kennis over flora en fauna te delen met bezoekers van het Hunebedcentrum. Alweer anderhalf jaar leidt ze jong en oud rond. Op een koude vroege voorjaarsmiddag gaan we met Jacqueline oerwildplukken. Regelmatig biedt het Hunebedcentrum de mogelijkheid om onder leiding van een gids te gaan speuren naar eetbare planten, net zoals de prehistorische mens deed. Eerst gaan we zoeken rond het grote hunebed dat pal naast het Hunebedcentrum ligt. In de anderhalf durende rondleiding vertelt de vriendelijke Jacqueline over de historische toepassingen van planten en deelt allerlei praktische feitjes met haar toehoorders: zevenblad zit vol vitaminen en kun je onbeperkt eten, jong berkenblad is erg lekker, de zwaluwstaartvormige blaadjes van veldzuring zijn mooi om een gerecht mee op te fleuren en in de perfecte muntthee moet volgens Jacqueline een beetje duizendblad.
Na het hunebed gaan we naar het Oertijdpark. Dit park voorziet behalve in eetbare ook in medicinale planten. Bij de Steentijdboerderij staat bijvoorbeeld een wilg. De bast van de mooie flexibele, kronkelende takken van deze boom kan van pas komen tegen pijn en koorts. Een rondje Oertijdpark levert met gemak een groene salade op maar vandaag gaat ook Jacqueline naar de supermarkt voor de dagelijkse maaltijd. Het dappere geel bloeiende speenkruid mag nog even verder groeien.
Het geslacht Ranunculus, van speenkruid tot giftige boterbloemen en waterranonkels
