
Van onze kip of huishoen (Gallus gallus domesticus) zijn er in de wereld 52 miljard stuks en het is hiermee de meest voorkomende vogelsoort. Van de kip kennen we vele rassen. De voorouder is de bankivahoen of rode kamhoen (Gallus gallus) die nu nog altijd in het wild in Zuidoost-Azië leeft. Deze voorouder is net zo groot als een krielkip, maar legt in het wild slechts 12 eieren per jaar. Voor de kip is niet uit te sluiten dat andere hoenderachtigen ook een voorouder zijn geweest, maar deze bankivahoen is de belangrijkste.

Van bankivahoen naar onze kip
Het proces van domesticatie is niet helemaal duidelijk, maar nieuw onderzoek naar mitochondriaal DNA (XIANG 2014) zou wijzen op het feit dat domesticatie in Noord-China begon, zo’n 10.000 jaar geleden. Met deze datering zou de kip behoren tot de eerste landbouwdieren. Via India en Midden-Oosten verspreiden de kippen zich richting de andere gebieden. Zo’n 3.400 jaar geleden is de kip bekend bij de Egyptenaren en rond 2.700 jaar geleden heeft de kip ook Zuid-Europa bereikt. Bewijs hiervoor zijn historische bronnen en archeologische vondsten. Kelten brachten de kippen richting West-Europa en in de Romeinse bronnen schrijft Caesar over kippen bij de boeren, o.a. in Nederland. De Romeinen namen de kip mee voor de eieren en het vlees, ook naar Nederland. Zogeheten hanengevechten waren bij de Romeinen zeer geliefd. In Noord-Nederland zijn kippenbotten gevonden in de terpen rond 800 na Chr. Vandaag de dag worden kippen overal in de wereld gehouden en in Nederland zijn verwilderde kippen in de natuur te vinden.

Bronnen
XIANG, H., ET.AL., 2014. Early Holocene chicken domestication in northern China. PNAS November 24, 2014.