De cochenilleluis (Dactylopius coccus) is bekend om zijn rode kleurstof oftewel karmijn (-zuur) en komt uit Midden- en Zuid-Amerika. De Azteken en Inca’s maakten er al gebruik van. De Spanjaarden namen de stof mee naar Europa in de 16e eeuw. Deze luis leeft als parasiet op de schijfcactus. De kleurstof komt met name uit de eitjes en is een natuurlijk organisch en dierlijk pigment. Het bloed levert in mindere mate kleurstof. Om de kleurstof te oogsten worden de luizen net voordat ze eieren leggen van de cactus gehaald en gedood, vervolgens gedroogd, gemalen en gefilterd. Om de kleur te behouden wordt de kleurstof gemengd met aluin, tin of koningswater.

Meer dan een kleurstof
De kleurstof wordt gebruikt om kleding een dieprode kleur te geven. De kleurstof wordt ook gebruikt om verf te maken, zowel aquarel- als olieverf.
Ook in de cosmetica wordt karmijn gebruikt, denk aan lippenstift. De vermelding van het nummer CI 75470 geeft aan dat karmijn in het product zit.