Neanderthalers gebruikten teer

0
1223
Neanderthalers gebruikten teer. Foto RMO

Soms levert een kleine vondst een schat aan informatie op. In 2016 raapte amateur-archeologe Willy van Wingerden een stukje bewerkt vuursteen op uit het opgespoten zand van de Zandmotor, een kunstmatige zandbank voor de Zuid-Hollandse kust. Het werktuigje, het best te beschouwen als een klein mesje, is niet meer dan 4 cm groot. De onderkant ervan (het ‘handvat’), was omgeven door een teerachtige substantie. Teer (of pek) was nog niet zo lang geleden een bestanddeel van asfalt. Asfalt werd en wordt in Nederland gebruikt voor wegen, maar ook als bekleding van dijken en strekdammen. Dat je langs het strand soms stenen en schelpen vindt waar teer aan zit is dan ook niet zo bijzonder. Maar omdat het hier een werktuig betrof en omdat het leek alsof het teer doelbewust was aangebracht kwam de vondst terecht bij de Groninger archeoloog Marcel Niekus van de stichting Steentijd Onderzoek Nederland (STONE). In samenwerking met andere onderzoekers, o.a. van de Universiteit Leiden en het Rijksmuseum van Oudheden, en met inzet van allerlei moderne technieken werd uit dit onooglijke stukje steen een buitengewoon verhaal gedestilleerd.

Luchtfoto Zandmotor Wikimedia Commons
De zandmotor. Kaart Google Maps

“Zo oud? Maar dat betekent…”

Langs de Nederlandse kust worden wel vaker werktuigen van steen en been gevonden in opgespoten zand. Van de Zandmotor waren ook al vondsten bekend uit de Nieuwe- en Midden-Steentijd, van ruwweg tussen de 5000 en 10.000 jaar oud. Losse vondsten van stenen werktuigen laten zich nauwelijks dateren. Soms is er iets te zeggen over de ouderdom omdat het type werktuig bekend is van ‘gesloten’ vondsten: vindplaatsen waar de archeologische context nog wel aanwezig is en dateringen soms wel mogelijk zijn. Het mesje van de Zandmotor is wat dat betreft niet erg typerend. Maar teer is afkomstig van verhit hout of steenkool. Het is dus een organische substantie en die kun je (als het tenminste niet ouder is dan ongeveer 55.000 jaar) in principe wel dateren, namelijk met de zogenaamde koolstof-14 (C14) techniek. In het C14-dateringslaboratorium van de Universiteit Groningen werd tot ieders verrassing vastgesteld dat het teer om en nabij de 50.000 jaar oud was. Afkomstig dus uit een periode middenin de laatste ijstijd, waarbij zoveel zeewater in de ijzige poolkappen lag opgeslagen dat de Noordzee grotendeels droog lag. Een wereld van koude graslanden, steppes en toendra’s, waar rendieren, mammoeten en reuzenherten rondliepen. En aangezien de moderne mens in die periode Noordwest-Europa nog niet bereikt had kon dat maar één ding betekenen: dit werktuig was gebruikt door Neanderthalers! Uit ruwweg hetzelfde gebied komt ook de vondst van het eerste Nederlandse Neanderthalfossiel: een schedelfragment met een stukje van de typerende wenkbrauwboog (AMKREUTZ et al. (2017), (2018)). Het is overigens weinig waarschijnlijk dat “Krijn”, zoals de Neanderthaler gedoopt werd, de maker of gebruiker van het mesje van de Zandmotor is geweest – het fossiel is niet gedateerd en kan wel vele duizenden jaren ouder zijn.

Hoe dan? Nader onderzoek

Scheikundige analyse maakte duidelijk dat het bij de vondst van de Zandmotor ging om teer geproduceerd uit berkenhout. Eerdere vondsten uit Duitsland (KOLLER et al. (2001), PAWLIK et al. (2011)) en Italië (MAZZA et al. (2006)) hadden al aangetoond dat Neanderthalers soms berkenpek gebruikten als lijm, om de grip op stenen werktuigen te verbeteren, of om ze te bevestigen in een handvat van hout. Dit was de eerste vondst van Nederlandse bodem. Maar hoe maakten Neanderthalers teer? Om dit te onderzoeken hebben archeologen geëxperimenteerd met de simpele middelen die mensen uit midden-steentijd tot hun beschikking hadden: vuur, berkenhout en -bast, stenen en zand (KOZOWYK et al. (2017)). Teer kan worden gewonnen uit berkenhout door het langdurig te verhitten met zo weinig mogelijk toevoer van zuurstof. De conclusie die uit dit onderzoek volgde was dat Neanderthalers kennelijk beschikten over voldoende inzicht in het hele proces dat nodig is: van het verzamelen van voldoende berkenhout (wat op de boomarme ijstijdsteppe de nodige tijd en moeite zal hebben gekost) tot het maken van eenvoudige aarden oventjes en het (langdurig) reguleren van de temperatuur. Met andere woorden: het simpele handvat van het werktuig van de Zandmotor laat iets zien van de intellectuele vermogens van Neanderthalers en van de complexiteit van handelen waartoe ze in staat waren.

Of toch niet? Nog meer onderzoek

Terwijl Niekus en zijn medewerkers bezig waren de laatste hand te leggen aan een wetenschappelijk artikel dat in het najaar van 2019 gepubliceerd zou worden in het gerenommeerde Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS), verscheen er in datzelfde tijdschrift een artikel van een onderzoeksgroep uit Tübingen (Duitsland) met de titel: “Productie van berkenteer is geen bewijs voor de complexiteit van het gedrag van Neanderthalers” (SCHMIDT et al. (2019)). Patrick Schmidt en zijn medewerkers hadden bij experimenten vastgesteld dat teer ook min of meer bij toeval ontstaat als smeulende berkenbast aan de rand van een open vuur tegen stenen aanligt. De teer condenseert dan uit de warme rook op de koelere steen. Geen inzicht in processen, geen bouw van oventjes of regulering van temperatuur voor nodig – de aanwezigheid van berkenteer zegt niets over de intelligentie van Neanderthalers, aldus Schmidt.

Uitdaging

Een uitdaging dus voor Niekus en de zijnen. Was het teer van de Zandmotor geproduceerd onder beheerste omstandigheden of was het een toevalstreffer uit een kampvuurtje? Onderzoek met nog een andere moderne techniek, de CT-scan, door Dominique Ngan-Tillard van de Universiteit Delft gaf aan dat er verontreinigingen in het teer aanwezig zijn, zoals kleine stukjes houtskool en zand. Dit zou minder voor de hand liggen wanneer het teer gewoon van een steen zou zijn geschraapt. Ook het feit dat teerproductie in een open vuur zeer inefficiënt is, veel tijd kost en vele tientallen kilo’s extra hout vergt – in die tijd en omstandigheden een relatief zeldzame grondstof – is volgens Niekus een aanwijzing dat Neanderthalers de kunst van het teer maken wel degelijk beheersten. In Noord-West Europa hielden ze zich staande aan de uiterste rand van hun leefgebied. De barre omstandigheden hier dwongen hen doeltreffend om te gaan met de middelen die hen ter beschikking stonden. Technieken (werktuigen, vuur, teer) en de kennis en vaardigheden die nodig zijn om deze technieken te hanteren waren essentieel voor het overleven van de Neanderthaler.

Tenslotte

In oktober 2019 verscheen het artikel van Niekus’ onderzoeksgroep in PNAS (NIEKUS et al. (2019)). De conclusies zijn niet onomstreden. Er is discussie of het CT-onderzoek eenduidig antwoord geeft op de vraag naar de gebruikte techniek van teerproductie. Ook is het niet onomstotelijk vast te stellen dat de datering van 50.000 jaar voor heden betekent dat het werktuig door Neanderthalers is gemaakt. We kennen weliswaar nog geen vondsten van de moderne mens in Noord-West Europa uit deze periode, maar de verfijning van de tot nu toe oudste kunst van rond de 42.000 jaar geleden uit Zuid-Duitsland wijst erop dat er nog een hele ontwikkeling aan vooraf is gegaan. Dat ook de moderne mens 50.000 jaar geleden rondliep op wat tegenwoordig de bodem van de Noordzee is, valt niet uit te sluiten.
Ongetwijfeld zal dit niet het laatste woord zijn over de interpretatie van archeologische gegevens in relatie tot Neanderthalers. Het beeld dat we hebben van deze mensen is de afgelopen decennia door tal van vondsten al behoorlijk bijgesteld. Werden Neanderthalers een halve eeuw geleden nog gezien als brute holbewoners, tegenwoordig worden ze geportretteerd als handige en slimme overlevers met typisch menselijke kenmerken zoals het maken van kunst en de zorg voor gehandicapte groepsgenoten. Het wachten is op een mooie ‘gesloten’ (en bij voorkeur Nederlandse) vondst die onomstotelijk laat zien dat Neanderthalers begrepen hoe je teer maakt en gebruikt om overlevingskansen te vergroten. Wellicht dat het onderzoek dat op dit moment loopt naar een concentratie van Neanderthal-vondsten in de provincie Drenthe hier in de toekomst in kan voorzien (NIEKUS & VAN GINKEL (2019)).

Het vuurstenen werktuig met berkenpek is tot en met zondag 12 januari 2020 te zien in de centrale hal van het Rijksmuseum van Oudheden, Leiden.

Neanderthalers gebruikten teer. Foto RMO

Literatuur
AMKREUTZ, L.. et al. (2017), Meer dan bijvangst! De prehistorische archeologie van de Noordzee, in: Cranium, mei 2017, pp. 34-47
AMKREUTZ, L.. et al. (2018), What lies beneath … Late Glacial human occupation of the submerged North Sea landscape, in: Antiquity 92 361 (2018): 22–37; https://doi.org/10.15184/aqy.2017.195
KOLLER, J. et al. (2001), High-tech in the Middle Palaeolithic: Neandertal-manufactured pitch identified, in: European Journal of Archaeology 4 (2001), 385–397, (doi:10.1177/146195710100400315)
KOZOWYK, P.R.B. et al. (2017), Experimental methods for the Palaeolithic dry distillation of birch bark: implications for the origin and development of Neandertal adhesive technology, in: Nature Scientific Reports volume 7, Article number: 8033 (2017)
MAZZA, P. P. A. et al. (2006), A new Palaeolithic discovery: Tar-hafted stone tools in a European Mid-Pleistocene bone-bearing bed, in: J. Archaeol. Sci. 33 (2006), 1310–1318, (doi:10.1016/j.jas.2006.01.006)
NIEKUS, M.J.L.Th. & GINKEL, E. van, Neanderthalers in Noord-Nederland. Leven aan de rand van de oerwereld, Assen: Het Drentse Landschap, 2019
NIEKUS, M.J.L.Th. et al. (2019), Paleolithic complex technology and a Neandertal tar-backed tool from the Dutch North Sea, in: PNAS, October 21, 2019 (DOI: 10.1073/pnas.1907828116)
PAWLIK, A. F. & THISSEN, J. P., Hafted armatures and multi-component tool design at the Micoquian site of Inden-Altdorf, Germany, in: J. Archaeol. Sci. 38 (2011), pp. 1699–1708, (doi:10.1016/j.jas.2011.03.001)
SCHMIDT, P. et al. (2019), Birch tar production does not prove Neanderthal behavioral complexity, in: PNAS September 3, 2019 116 (36) 17707-17711; first published August 19, 2019 (https://doi.org/10.1073/pnas.1911137116)

Tekst Bert de Vries

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.