De Trechterbekercultuur (TRB) kent naast de bekende hunebedden ook andere graftypes, namelijk vlakgraven en steenkisten. Dat laatst graftype komt in vele variaties voor tijdens verschillende tijdsperioden. We kennen enkele TRB voorbeelden in Nederland, meerdere in Duitsland en in Zweden, Denemarken en Noorwegen bleef dit type zelfs langer in gebruik. Eén zo’n echte steenkist kun je in het Hunebedcentrum bewonderen.
Van de drie eerder genoemde graftypes zijn hunebedden de meest monumentale graven. Dat verschil in monumentaliteit doet denken dat de status van een individu begraven een hunebed hoger was dan die in een vlakgraf. Maar eigenlijk kunnen we niet met zekerheid zeggen waarom welke mensen in welk type graf werden begraven. Voor het maken van een steenkist zijn, net als voor hunebedden maar dan kleinere, zwerfkeien gebruikt. Kamstra, Peeters en Raemaekers hebben 11 verschillende TRB steenkisten vergeleken. Hoewel er verschillen zijn in grootte, oriëntatie, aanwezigheid van grafheuvel, vondsten (enzovoort), heeft geen van allen dekstenen. Daardoor concludeert men dat de steenkisten af werden gesloten hout (of een ander organisch materiaal).
Opgraving bij Heveskesklooster
In 1983 werd per toeval een hunebed ontdekt en 2 jaar erna ook een stenenkist. Het was gelegen in een grondlaag onder de wierde die in eerste instantie zou worden opgegraven. Als gevolg van zeespiegelstijging, steeg ook de grondwaterspiegel. Hierdoor ontstond rond 2435 en 2135 voor Christus veengroei die langzaam de omgeving, de steenkist en het hunebed bedekte. Dit was een unieke situatie want hierdoor is de site onverstoord gebleven in de perioden erna. Bijna alle hunebedden liggen aan het oppervlak. Mensen hebben door de eeuwen heen hierin gegraven en soms zijn zelfs de hunebedstenen weggehaald en gebruikt voor wegen of dijken. Vanwege deze situatie, zijn niet alleen de steenkist en het hunebed opgegraven, maar is ook directe omgeving onderzocht. Zo werd er onder andere bekeken of handelingen op deze locatie toegeschreven konden worden aan het grafritueel of juist tot het dagelijks leven.
De benoemde steenkist vormt een onderdeel van de collectie bij het Hunebedcentrum. Eigenlijk alle zichtbare monumentale graven liggen min of meer op de oorspronkelijke plek buiten in de natuur. De steenkist en het hunebed aangetroffen bij Heveskesklooster, zijn uitzonderingen daarop. Je kunt de originele steenkist dus bewonderen in het Hunebedcentrum. Het hunebed is te bezichtigen in het Zeeaquarium in Delfzijl.
Steenkist van Heveskesklooster
Er werd een oppervlakte van 18 bij 17 meter opgegraven, de steenkist centraal gelegen in dit vlak. Tijdens de opgraving werden er geen sporen gevonden die duiden op een afdekheuvel of sporen die aantonen dat deze al eerder is afgegraven. Daarom wordt aangenomen dat deze steenkist niet is afgedekt met een heuvel, zoals bij de hunebedden wel werd gedaan. Toch zijn er meerdere voorbeelden van steenkisten die wel een afdekheuvel hebben gehad.
De steenkist bij Heveskesklooster is 3 meter lang en 80 cm in de breedte. Door het aardewerk gevonden in de steenkist is bepaald dat deze in gebruik was tussen 3200 en 2950 voor Christus. Tijdens de opgraving bleek de steenkist toch verstoord te zijn, in dit geval dus voorafgaand aan de afdekking door het veen. Zoals op foto 1 zichtbaar is, waren niet alle wandstenen aanwezig. Door grondverkleuringen konden archeologen afleiden dat er eerder nog minstens drie grotere wandstenen onderdeel van de wand hebben uitgemaakt. De vloer bestond uit een laag kleinere stenen, ook goed te zien op de foto.

Vondsten uit de steenkist
In vergelijking met de andere steenkisten had de steenkist van Heveskesklooster relatief weinig grafvondsten. Dit hoeft niet te betekenen dat er ook daadwerkelijk weinig giften zijn geweest. Een deel kan ook weggehaald zijn door latere culturen (die waarschijnlijk dan ook hebben gezorgd voor de verdwijning van wandstenen). In totaal zijn er 128 scherven aardewerk aangetroffen. Minder dan de helft hiervan is gedecoreerd. 8 scherven bevatten aangekoekte voedselresten waardoor we weten dat (sommige) potten eerst gebruikt zijn om te koken voordat deze werden bijgezet in het graf.
Er zijn 591 stukken vuursteen verzameld tijdens de opgraving. Veel van deze stukken zijn klein (150 zelfs kleiner dan 1 vierkante centimeter), dit komt omdat er gezeefd is tijdens de opgraving. 94 procent van het totaal is geclassificeerd als productieafval. Er zijn 26 werktuigen gevonden. Tien hiervan zijn transverse pijlpunten. Bijzonder is dat er twee afslagen zijn gevonden die specifiek ontstaan tijdens het maken van een bepaald soort bijl. Er was nog geen bewijs gevonden voor de lokale productie van dit type bijl. Toch kunnen we nog niet met zekerheid uitsluiten dat het om geïmporteerde bijlen gaat. Dit soort afslagen kunnen namelijk ook ontstaan bij het bijwerken van geïmporteerde werktuigen. Verder werden een gebroken bijl en twee barnstenen kralen gevonden.
Op basis van de vondsten en hun verspreiding over het opgravingsterrein konden er geen relaties worden bepaald. De handelingen die plaatsvonden waren in dit geval dus niet typerend voor grafrituelen of het dagelijks leven. Wel wordt door Kamstra, Peeters en Raemaekers geconcludeerd, op basis van de missende stenen, het lijkt of latere culturen (Enkelgrafcultuur) de steenkist niet hebben gezien als een rituele plaats of plaats van waarde. Er zijn sterk verschillende reacties van de Enkelgrafcultuur op de monumentale TRB bouwwerken. Sommige worden vernield, maar er zijn ook veel voorbeelden waarbij Enkelgrafcultuur grafgiften worden bijgezet in de hunebedden (bijvoorbeeld D30 en D40). Daarnaast zijn er ook voorbeelden, zoals D26, waarbij de Enkelgrafcultuur het hunebed niet heeft gebruikt voor eigen bijzettingen maar ook geen afbreuk eraan hebben gedaan.
Bronnen:
H.K. Kamstra, J.H.M. Peeters & D.C.M Raemaekers, 2016: The neolithic stone cist at Heveskesklooster (prov. of Groningen, The Netherlands). Palaeohistoria 57/58, 37-53.
E.Knol, 2016: Het Hunebed bij Delfzijl. https://www.verdronkengeschiedenis.nl/nl/verhalen/docs/17-Knol-Hunebed%20bij%20Delfzijl.pdf
W. van der Sanden, 2018. Geschiedenis van Drenthe: een archeologisch perspectief. Assen: Koninklijke van Gorkum.
Objectomschrijving: Steenkist van Heveskesklooster
Materiaal: n.v.t.
Vindplaats: Delfzijl
Nummer op object: n.v.t.
Locatie: Museum HCMU1300
Datering: Neolithicum
Afmeting: 3 m. x 80 cm.
In bruikleen van: n.v.t