De graven van Everstorfer Forst Südgruppe, Mecklenburg-Vorpommern

0
538
S313-02

Noord-Oost Duitsland, Mecklenburg-Vorpommern langs de Oostzeekust is bijzonder rijk aan megalithische steentijd graven. Een studie van Holtorf uit 1998 geeft aan dat er in Mecklenburg-Vorpommern alleen al zo’n 1,193 megalithische monumenten zijn waarvan er ruim 475 goed gedocumenteerd zijn en waarschijnlijk goed te vinden. Aannames over wat er verdwenen is, leidt tot een schatting van 5000 megalithische monumenten die hier oorspronkelijk hebben gestaan. Niet alleen zijn/waren het er dus veel maar sommige zijn ook indrukwekkend groot. Je kunt zien dat het gebied dicht ligt bij de aanvoer van zwerfkeien, Findlingen, door de gletsjers uit het Noorden. Materiaal genoeg om iets groots mee te bouwen.

Een mooie en representatieve groep ligt in het Everstorfer Forst, langs de B105, tussen Wismar en Grevesmühlen net ten Westen van Gressow.  Het heet de ‘Evertorfer Forst Südgruppe’, met de Sprockhoff nummers 311 tot en met 315. Deze werden vroeger aangeduid met Naschendorf 1 tot en met 5. 

In 1966 en 1967 zijn opgravingen uitgevoerd door Prof. Dr. Ewald Schuldt van het Museum für Ur- und Frühgeschichte Schwerin. Daarbij is vastgesteld dat ze dateren uit de ‘trechterbekercultuur’ periode, ca 3500 tot 2800 bC. Het lijkt erop dat ze allemaal relatief kort zijn gebruikt, al blijkt bij verschillende af en toe in latere perioden bijzettingen te hebben plaatsgevonden. De graven zijn na die opgravingen gerestaureerd, zo goed als mogelijk naar hun oorspronkelijke vorm.

Noordelijk ligt ook een groep die in een slechtere staat was maar nu ook weer deels gerestaureerd zijn. In hele gebied worden ook andere archeologische monumenten en resten aangetroffen, waaronder diverse bronstijd grafheuvels. Zie onderstaand kaartje, met deze groep megaliet graven helemaal rechtsonder. Dit is een afbeelding van een bord dat daar waarschijnlijk in de 80er jaren is geplaatst maar nu (2019) weer verdwenen is.

Kaartje met archeologische monumenten in het Everstorfer Forst

S 311 is een langgraf met een ganggraf daarin, bijgenaamd “Riesengrab”.

Dit is mogelijk het meest imposante megalithische monument in Mecklenburg-Vorpommern met zijn lengte van 43 m en een breedte van 11 tot 12 m, opgebouwd uit 50 meer dan manshoge stenen. samen met het ganggraf is het totaal 77 stenen met een gecombineerd volume van 70m3 aan steen dus zo’n 190 ton gezamenlijk gewicht.
Het ganggraf is 7,20 m lang en van binnen 1,60 m hoog, bestaat uit 13 draagstenen en 4 (van de oorspronkelijk 5) dekstenen. De toegang is vanaf de Zuidkant van het langgraf. Die lage toegang had oorspronkelijk 3 dekstenen en kon met twee roodzandsteenplaten worden afgesloten.

Naast de eerste bijzettingen in de trechterbeker tijd, zijn er ook latere bijzettingen aangetroffen uit de ‘Kugelamphorenkultur’ en de laat-neolithische, eigenlijk al vroeg-bronstijd enkelgrafcultuur.

plattegrond S311

Er missen enkele stenen maar het is in zijn geheel nog in zeer goede staat en door bewaard gebleven de opvulling van droog-gestapelde stenen tussen de grote nog erg compleet. Daarmee geeft het een heel compleet en inderdaad indrukwekkend beeld.

S311-01
S311-02
S311-03
S311-04
S311-05 toegang
S311-06 Binnenzijde kamer

S 312 is een kort gallerijgraf (zg erweiterde Dolmen) met restanten van de heuvel en met de meeste kransstenen nog aanwezig. Bijgenaamd “Teufelsbackofen”.

Het graf bestaat uit 7 draagstenen en 2 dekstenen met een lage stehen bij wat de ingang geweest zal zijn. De kamer is 2,5 m lang, 1,8 m breed en 1,4 m hoog. Rond de kamer ligt een kring van kransstenen die de rand van de dekheuvel gevormd zullen hebben. Daarvan zijn er nog 14 over, van de oorspronkelijke 24.
Op de deksteen en één zijsteen zijn  napjes (cupmarks) aangetroffen die uit de bronstijd zullen stammen. De grootste zijn 6 cm in diameter en 3 cm diep.
Het graf was redelijk aangetast, kransstenen verplaatst en een deksteen lag ernaast. Na het onderzoek in 1967 is ook dit graf zoveel mogelijk in zijn oorspronkelijke staat teruggebracht.

Afbeelding 312 uit 1865
S312-01
S312-02
S312-03
S312-04
S312-05

S 313 is een langgraf met een simpele kamer.

Het is een kleine versie van het “Riesengrab”. Het is 22 bij 5 m. Binnenin ligt een kleine graf kamer bestaande uit 6 stenen, zonder toegang. De dekstenen ervan zijn verloren gegaan. Het graf ligt vlak naast S312.
Het was tamelijk overgroeid geraakt op het moment dat wij het bezochten, in 2019.

S313-01
S313-02
S313-03
S313-04
S313-05

S 314 is een wat trapezium vormig ganggraf van 15 bij 10 m op het breedste stuk.

Opvallend is de vorm van de oorspronkelijke dekheuvel, die nog duidelijker trapeziumvormig is zoals blijkt uit de posities van de kransstenen.

toelichting bij het graf S 313
S314-02
S314-03
S314-04
S314-05

S 315 zijn de resten van een simpel gallerijgraf, een zg ‘erweiterden Dolmen’ dan wel ‘Großdolmen’.

Daar resteren nog 4 stenen van. Bij de opgravingen in 1967 kon aan de hand van de deels teruggevonden keienvloer wel worden vastgesteld dat de kamer 4,6 bij 1,3 m groot geweest is.

Er moet in deze groep nog een 6de graf geweest zijn waarvan nu helemaal niets meer terug is te vinden. Het is ooit vermeld, maar de precieze locatie is onbekend.

S315-01 Grondplan
S315-02

Legende

Zoals overal zijn aan deze graven verhalen verbonden. Hier speelt het om een reus die hier vroeger met zijn vrouw woonde en nogal wat overlast in de omgeving veroorzaakte. Toen hij een keer lag te slapen wierpen de bewoners uit de streek allemaal zand en stenen over hem heen. Dat leek hem verstikt te hebben. Zijn vrouw werd woest en wierp grote stenen om zich heen. Toch wist de reus in eerste instantie uit het, te kleine, bed van zand te ontsnappen. Had niets geleerd en begon weer last te veroorzaken. Een tweede keer toen hij weer sliep maakten de bewoners een veel grotere heuvel van zand en grote keien. Dat deed het. En hij ligt daar nog in het Riesengrab. Zijn vrouw vertrok en is nooit meer teruggezien.

Literatuur

Cornelius J. Holtorf, ‘Monumental Past. Interpreting the Meanings of Ancient Monuments in Later Prehistoric Mecklenburg- Vorpommern (Germany).’, Unpublished PhD Thesis (CD-Rom). University of Wales 1998. (parts available on Internet : https://tspace.library.utoronto.ca/handle/1807/245)

Michael Schmidt, ‘Die alten Steinen. Reisen zur Megalithkultur in Mitteleuropa‘, Hinstorf 1998 (pag 42-45)

http://grosssteingraeber.de/seiten/deutschland.php

en veel verschillende bronnen en websites die allemaal kleine brokjes extra informatie gaven op basis van de publicaties van Ewald Schuldt, die zelf echter moeilijk te vinden zijn.

Foto’s: Jan Venselaar 2019

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.