In de hooglanden van Armenië staat een grote hoeveelheid menhirs. Ze worden ook wel ‘dragonstones’, ‘slangenstenen’ of ‘vishapakar’ genoemd. Ze zijn altijd uit een enkel stuk steen gebeeldhouwd, in de vorm van een vis/sigaarachtige vorm en hebben vaak een gezicht van een vis of slang. Ze staan heel vaak in of bij water. In totaal zijn er 150 van dit type menhirs bekend, 90 daarvan staan in Armenië. De grootste is meer dan 5 meter hoog. Het is moeilijk om een juiste tijdlijn te koppelen aan deze monumenten. Gedacht wordt dat ze tussen het tweede en eerste millennium v.Chr. zijn opgericht.


Ze staan in Armenië voornamelijk in de Gegham bergketen, bij het Sevanmeer aan de noordoost kust, op de Aragat berg, Garni en de vallei van de Coruh rivier. Ze zijn in een visvorm gehakt met afbeeldingen van slangen, stieren, rammen, ooievaars en vogels. Gedacht wordt dat ze gebruikt zijn de goden te aanbidden om te helpen bij een goede oogst.


