Dit artikel, geschreven in februari 2021, was gebaseerd op onderzoek van een lopend project genaamd ‘Stones of Stonehenge’. Dit suggereerde dat sommige van de blauwe stenen bij Stonehenge eerder waren gebruikt in een steencirkel in Wales, dicht bij de plaats waar ze waren gedolven. Deze theorie is nu echter weerlegd (juli 2022) door geavanceerde wetenschappelijke analyse van de geologische samenstelling van de stenen. Hieruit is gebleken dat de blauwe stenen van twee verschillende types waren en op twee verschillende plaatsen in de Preseli heuvels waren gedolven. Niettemin blijft het een intrigerende theorie en roept het de vraag op wat er met de stenen van de cirkel in Wales is gebeurd?
Het is algemeen bekend dat de blauwe stenen die bij Stonehenge werden gebruikt, werden aangevoerd vanuit de Preseli Hills in Wales, 150 mijl (240 km) verderop. Maar een historicus uit de 12e eeuw, Geoffrey van Monmouth, vertelt een iets ander verhaal. Volgens een oude mythe leidde de tovenaar Merlijn een troepenmacht van 15.000 man naar Ierland, waar zij een magische steencirkel veroverden die de Dans van de Reuzen werd genoemd. Merlijn bracht de stenen naar Salisbury Plain waar ze werden herbouwd als een gedenkteken voor de doden. Intrigerend is dat in de 12e eeuw een deel van Wales werd beschouwd als Iers grondgebied. Zou de mythe waar kunnen zijn?
In het kader van hun project “Stones of Stonehenge” hebben archeologen onder leiding van professor Mike Parker Pearson van het University College London op verschillende plaatsen in de Preseli Hills opgravingen verricht op zoek naar de blauwsteengroeves. Op de Waun Mawn site deed het team een onverwachte ontdekking – een cirkel van gaten die oorspronkelijk de funderingen van een steencirkel zouden zijn geweest. Slechts vier monolieten zijn nog op de site overgebleven, maar uit opgravingen is gebleken dat zij oorspronkelijk deel uitmaakten van een grotere cirkel van 30-50 stenen. De diameter van de cirkel was 110 meter en de stenen waren uitgelijnd op de zonsopgang van de midzomerzonnewende. Wetenschappelijke datering van houtskool en sediment uit de kuilen onthullen dat de stenen rond 3400 v.Chr. werden opgericht.
Deze datering werd in 2015 bevestigd toen Parker Pearson een aantal verkoolde hazelnootdoppen vond op een nabijgelegen site. Dit waren de verkoolde resten van een neolithische snack uit de kampvuren van de steenhouwers en werden via de radiokoolstofmethode gedateerd op 3300 voor Christus. Dit betekent dat de cirkel bijna vier eeuwen vóór de bouw van de eerste fase van Stonehenge, rond 3000 v. Chr., was aangelegd.

In het Neolithicum was dit gebied van Wales een dichtbevolkt gebied, maar de activiteit schijnt rond 3000 v. Chr. te zijn gestopt. Parker Pearson zegt: “Het is alsof ze gewoon verdwenen zijn. Misschien migreerden de meeste mensen en namen ze hun stenen – hun voorouderlijke identiteit – met zich mee”.
Op dit punt neemt het verhaal een intrigerende wending. Het toeval wil dat de cirkel bij Waun Mawn precies dezelfde diameter heeft als de buitenste cirkelvormige greppel bij Stonehenge, die ook rechtopstaande blauwe stenen zou hebben bevat. Deze greppel is ook uitgelijnd op de zonsopgang bij de midzomer zonnewende. Bovendien blijkt uit analyse van de overblijfselen van mensen die bij Stonehenge zijn begraven in de tijd dat de eerste cirkel werd aangelegd, dat sommigen van hen afkomstig waren uit West-Britannië, mogelijk uit Wales.
De nieuwe ontdekking wekt de indruk dat de oude bewoners van de Preseli-regio misschien zijn gemigreerd en hun blauwe stenen hebben meegenomen, als teken van hun voorouderlijke identiteit. De stenen werden vervolgens weer bij Stonehenge geplaatst. Parker Pearson meent dat dit verklaart waarom de blauwe stenen – waarvan men denkt dat het de eerste monolieten waren die bij Stonehenge werden opgericht – van zo ver werden meegebracht, terwijl de meeste cirkels binnen korte afstand van hun steengroeve worden gebouwd.
Het mysterie wordt nog vergroot door het feit dat de basis van één van de blauwe stenen bij Stonehenge een ongebruikelijke dwarsdoorsnede heeft. Tests met behulp van de computer tonen aan dat dit patroon precies overeenkomt met een van de gaten die in Waun Mawn zijn achtergelaten, en dat het past, aldus Parker Pearson, “als een sleutel in een slot”. Dit wekt de indruk dat de monoliet zijn leven begon als onderdeel van de steencirkel in de Preseli Hills voordat hij werd verplaatst.

Prof. Parker Pearson erkent dat deze ontdekking veel meer vragen oproept dan ze beantwoordt, en het “Stenen van Stonehenge”-project zal de mysteries rond het beroemdste monument van Groot-Brittannië blijven onderzoeken. Zelfs na 5.000 jaar heeft Stonehenge duidelijk nog meer geheimen te onthullen.
Het volledige artikel is te vinden op de website van Antiquity website en de opgravingen waren het onderwerp van een recente BBC-documentaire, gepresenteerd door Prof. Alice Roberts.

Tekst Alun Harvey Vertaling: Hans Meijering
Foto’s BBC News / The Guardian websites