Bronnen en heiligdommen kunnen in veel gevallen met elkaar in verband gebracht worden. Niet zelden ligt er vlakbij een heiligdom een bron. Voorbeelden zijn te vinden in heilige stenen en miraculeuze bronnen. In veel gevallen was de bron het oorspronkelijke heiligdom, waar later een bouwwerk bij verscheen.
Het komt ook voor dat een heiligdom op een bron wordt gebouwd. Een voorbeeld van zo’n heiligdom is de brontempel van Santa Cristina, gelegen op een basaltplateau tussen Macomer en Abbasanta op Sardinië. De bron van Santa Cristina heeft eigenlijk niets met Santa Cristina te maken, behalve dat in de 13e eeuw in de buurt van de bron een christelijke kerk aan deze heilige is gewijd.
Als je voor de brontempel staat, is het niet gemakkelijk te geloven dat het een bouwwerk is dat dateert uit midden-bronstijd. De brontempel werd gebouwd rond 1200 v. Chr. en wordt toegeschreven aan de Nuraghische cultuur. Legendes op het eiland Sardinië verhalen over een volk dat van ver kwam en het gebruik van hun nauwkeurige kalenders.
De Nuraghische cultuur is vernoemd naar de kenmerkende torens die Nuraghi worden genoemd. Men schat dat er meer dan 6500 Nuraghi gebouwd zijn op Sardinië. Talaiots op Mallorca zijn vergelijkbaar met de Nuraghi op Sardinië en er wordt dan ook door wetenschappers aangenomen dat er contacten waren tussen de eilanden. Van enkele Talaiots is bekend dat ze gebruikt werden om Sirius te observeren.
Er zijn meedere Nuragische bronnen op Sardinië te vinden. Er zijn er momenteel meer dan vijftig bekend en onderzocht. Samen met de reuzengraven (collectieve grafstructuren met een grondplan in de vorm van een stierenkop) en de megaron-tempels getuigen de bronnen van de diepe religiositeit van de Nuraghische bevolking. Aangenomen wordt dat op bepaalde tijden van het jaar de verschillende Nuraghische bevolkingsgroepen zich in de buurt van de bronnen verzamelden.
De put van de brontempel van Santa Cristina wordt voorafgegaan door een vestibule die de trap volgt (die wordt gevormd door 24 treden) en die naar beneden smaller wordt. De treden zijn bedekt met architraven die een buitengewoon effect van een omgekeerde trap creëren.
De put wordt gevormd door een ronde cel bedekt met een gewelfde spitsboogvormige koepel, bijna 7 meter hoog.
De bron van Santa Cristina was verbonden met de waterculten (en later bedevaarten) die hele gemeenschappen samenbrachten. Sommige geleerden denken dat het heiligdom ook een plaats was van astronomische observatie die het mogelijk maakte om de hemelbewegingen nauwkeurig te onderzoeken en te meten. Een reeks gebeurtenissen die op bepaalde tijden van het jaar plaatsvinden, lijkt deze theorie te bevestigen.
In september (van 21 tot 23 september om 12.00 uur) en in maart (van 18 tot 21 maart om 11.00 uur) verlicht de zon de bodem van de put via het trappenhuis. Het zonlicht wordt door het water weerkaatst tijdens de equinoxen. In deze omstandigheid wordt de waarnemer bij het afdalen van de laatste 6 treden vergezeld door twee schaduwen: de ene wordt in het water geprojecteerd, de andere straalt ondersteboven in de tholoskamer. Het fenomeen wekt natuurlijk veel verwondering op bij degenen die het beleven.
Nog opmerkelijker en mysterieuzer is het fenomeen van de maan bij dit bronheiligdom: elke 18 jaar en 6 maanden, wanneer de maan haar maximale declinatie bereikt, valt haar licht door de opening aan de bovenkant van de put. In 2006 gebeurde dit voor het laatst.

In het verleden stond er een tempel bovenop de overblijfselen zoals ze nu zijn te zien, zoals blijkt uit de sleutelgatvormige stenen muur rondom het bouwwerk en overblijfselen van andere heilige bronnen op het eiland. Het metselwerk van de trappen en de muren van de ingang van de put toont nog steeds het gladde, perfect vierkante metselwerk dat typerend is voor Nuraghische bouwwerken.
Nabij de bron liggen overblijfselen van een Nuraghi dorp, met een Nuraghi met enkele toren, en een christelijke nederzetting.
De Nuraghische beschaving leefde op Sardinië van de 18e eeuw voor Christus tot de Romeinse verovering in 238 v.Chr. (of volgens andere theorieën tot de 2e of zelfs 6e eeuw).
Een opgravingscampagne die eind jaren zeventig werd uitgevoerd, stelt ons in staat de datering van het Nuraghi dorp bij de bron van Santa Cristina toe te schrijven aan de Midden-Bronstijd (1500-1200 v.Chr.).
Als je de Nuraghi verlaat, vind je iets verderop een langgerekte hut: een eigenaardige constructie die in veel opzichten lijkt op de gang van de reuzengraven. Het plafond van dit bouwwerk is gemaakt van basaltplaten die oorspronkelijk in de Nuraghi zaten en daarin de loopbrug vormden. De constructie is circa 2 meter breed, heeft een breedte van bijna 14 meter en is circa 2 meter hoog. Het dateert niet uit het Nuraghische tijdperk, een datering in de Romeinse tijd lijkt aannemelijker.
De Nuraghische religie lijkt veel symbolische voorstellingen van vruchtbaarheid te bevatten en omvatte een watercultus die de verschillende vrouwelijke aspecten van het goddelijke opriep. Een sleutelelement van de Nuraghische religie was die van vruchtbaarheid, verbonden met de mannelijke kracht van de Stier-Zon en de vrouwelijke kracht van Water-Maan.
Sommige geleerden denken dat de bronheiligdommen gewijd zouden kunnen zijn aan Sardus, een van de belangrijkste Nuraghische godheden.
Sardus was de mythologische held van de Nuraghische Sardiniërs. Sardus komt voor in de geschriften van verschillende klassieke auteurs, zoals Sallust, Solinus en Pausanias.
Pausanias schreef dat de barbaarse inwoners van West-Sardinië een bronzen beeld van hun god Sardus naar Delphi stuurden om een offer aan het heiligdom te brengen. Het hoofd van Sardus Pater is afgebeeld op Romeinse munten die op Sardinië zijn ontdekt, met name in het gebied dat ooit door de Carthagers werd geregeerd.
Het bronheiligdom van Santa Cristina is georiënteerd van noord-noordwest naar zuid-zuidoost. De tempel bestaat uit drie afzonderlijke nauwkeurig gebeitelde delen: vestibule of atrium, trappenhuis en tholos hypogeumkamer.
De tholoskamer of valse koepel, ongeveer 2,5 meter breed, past perfect bij de trapeziumvorm van het trappenhuis en is samengesteld uit stenen die concentrische cirkels vormen; de omtrek van de cirkels krimpt naarmate je verder gaat naar de bovenkant van de kamer, die eindigt met een cirkelvormig gat van 35 cm. op een hoogte van 7 meter.
De vestibule is het gedeelte voor de trap waar de ex-voto’s voor de godheid werden geplaatst. Het trappenhuis bood niet alleen toegang tot de hypogeumkamer en speelde een belangrijke esthetische functie, maar maakte het ook mogelijk om het water te bereiken dat in de verschillende periodes van het jaar een niet-constant niveau had.
Momenteel heeft het water wel een constant niveau, van 50 centimeter, als gevolg van de aanleg van een afwateringskanaal dat tijdens de opgravingscampagne is aangelegd om het bezoek aan de brontempel elke dag van het jaar mogelijk te maken. Het buitenste deel van de tempel verschilt van het binnenste deel door minder aandacht voor detail. De artistieke component ontbreekt echter niet. Van bovenaf is een bijzondere muur in de vorm van een sleutelgat te bewonderen dat als omlijsting dient en aan de binnenzijde voorzien is van stenen zitjes.
De buitenkant, elliptisch van vorm, meet 26 x 20 meter en omsluit de hele structuur. De twee externe omtrekken rondom de bron zijn gemaakt met stenen en modder. Hoewel de heilige put kenmerken vertoont die vergelijkbaar zijn met die van de andere exemplaren die op het eiland aanwezig zijn, valt hij op door zijn aanzienlijke omvang en uitstekende staat van behoud, maar vooral door de zeer verfijnde bouwtechniek.
Er werd een zorgvuldige analyse uitgevoerd op energieniveaus rond de bron. Het energieniveau verandert naarmate men de trap afdaalt. Bevestigend op het idee van Mario Aresu en Lello Fadda, werd bij de eerste trede 2.000 Bovis gedetecteerd. De Bovis waarde is een energetische waarde, ontdekt door de Franse physicus Antoine Bovis. Bovis is bekend om het idee over de piramidekracht, wat verwijst naar de overtuiging dat de oude Egyptische piramides en objecten met een vergelijkbare vorm verschillende voordelen kunnen bieden.
Het energieniveau bij de brontempel van Santa Cristina stijgt naarmate men de trap afdaalt, tot 7.800 Bovis bij de tiende trede. Als je verder naar beneden gaat, kom je bij de vierentwintigste trede op 34.000 Bovis. Bij het contact met water bereik je 410.000 Bovis.
Deze energieniveaus suggereren dat de afdaling naar het water een pad van inwijding vertegenwoordigde of in ieder geval een pad van ontlading en heroplading van energie voor degenen die afdaalden naar de bron en zich onderdompelden in het water. Daarom is de heilige bron elk jaar een bestemming voor pelgrimstochten door mensen die een soort zuivering van lichaam en geest zoeken of die gewoon proberen het mysterie te onthullen dat achter deze plek schuilgaat: waar diende het voor? Welke rituelen werden uitgevoerd?
Marinda Ruiter
Bronnen
https://en.wikipedia.org/wiki/Nuragic_holy_well
https://www.goldenageproject.org.uk/242santacristina.php
https://wanderingsardinia.com/articles/37/santa-cristina
https://www.atlasobscura.com/places/well-of-santa-cristina
https://en.wikipedia.org/wiki/Pyramid_power