Cashtal yn Ard bij Cornaa op het eiland Man

0
99
Isle of Man

Op het Man bevindt in de Ierse Zee bevindt zich in de parochie Maughold in het oosten van het eiland de neolithische graftombe Cashtal yn Ard hetgeen “Het Kasteel van de Hoogte” betekent. De cairn werd opgegraven in 1930 en opnieuw in 1999. De graftombe biedt uitzicht over de zee naar het Lake District.

In 1980 verscheen deze graftombe op een postzegel van het eiland Man.

Cashtal yn Ard is een van de best bewaarde megalitische monumenten op het eiland Man. Het is een van de drie neolithische graven, daterend uit ongeveer 2000 voor Christus. Het is de best bewaard gebleven van allemaal en een van de grootste in zijn soort op de Britse Eilanden.

Het monument was oorspronkelijk een megalithische cairn (een grote hoop stenen gebouwd als een monument of een oriëntatiepunt) met vijf kamers. De site is gehuld in mysterie en mythologie, omdat de ontdekking van de vreemde opstelling van stenen platen nooit is verklaard, hoewel sommigen geloven dat het kan zijn gebruikt als een gemeenschappelijke begraafplaats voor neolithische stamhoofden en hun families.

In een akte uit 1795 wordt dit monument Cashtal y mucklagh y vagileragh (het kasteel van het varkensstal veld) genoemd. Dit zou kunnen betekenen dat het voorplein van het graf mogelijk was aangepast voor het fokken van varkens. 

Foto Chris Gunns / Cashtel yn Ard

Het graf bestaat uit een open voorplein op het westen dat leidt naar vijf stenen kamers in het oosten. Het voorplein heeft een oppervlakte van 6,7 x 5,8 meter en is gerestaureerd. Het bestaat uit grote stenen waarvan de grootste 2,3 m hoog is. De op het oosten gerichte stenen kamers worden gescheiden door laterale staande stenen platen. De hoogste van de stenen die de kamers vormen is 1 meter, van waaruit ze vervolgens in omvang en grootte naar het oosten toe afnemen. De gemiddelde breedte van elke kamer is 1,2 meter.

Het graf werd voor het eerst beschreven in het begin van de 19e eeuw toen het nog grotendeels intact was. Het belangrijkste deel van de cairn werd beschadigd tegen het midden van de 19e eeuw toen verschillende van de stenen platen die deel uitmaakten van het 1,2 m hoge rechthoekige graf werden gehaald om te worden gebruikt voor de bouw van nabijgelegen huizen. Deze actie heeft echter wel de vijf kleinere kamers blootgelegd.

Opgravingen van de site werden voor het eerst gedaan in 1880. In 1930 vond een meer wetenschappelijk onderzoek plaats door de archeologen H. J. Fleure en G. J. H. Neely. In 1999 volgde een geofysisch onderzoek. Het eerste onderzoek meldde de ontdekking van botfragmenten van een jong iemand en ook stukken van twee verschillende urnen. Tijdens de latere opgraving werden geen botten gevonden, maar andere menselijke resten kunnen tijdens eerdere verstoringen zijn verwijderd. Tijdens het onderzoek van 1930 vond men wel vuurstenen en scherven van neolithisch aardewerk.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.