In Iran liggen de Hotu en Kamarband grotten oftewel Belt Caves. Deze grotten met resten van menselijke activiteiten bevinden zich 100 m uit elkaar. De locatie van de grotten is op hellingen van de Alborz-bergen bij het dorp Shadid Abad (vroeger Toroujen), vlakbij Behshahr. Carleton S. Coon deed onderzoek naar de grotten tussen 1949 en 1957.

Hotu-grot
De afmetingen van de Hotu-grot zijn waarschijnlijk 30 bij 20 meter. Onderzoek naar de grot heeft scherven van aardewerken potten, gereedschap van steen en organisch materiaal opgeleverd. Monsters van organisch materiaal zijn gebruikt voor koolstofdatering. Met deze dateringen is duidelijk aangetoond dat acht culturen gebruik hebben gemaakt van de grot. De oudste twee culturen zijn twaalfduizend tot negenduizend jaar geleden te plaatsen- de periode van de jagers-verzamelaars. Deze jager-verzamelaars aten zeehonden en woelmuizen. Naast botten van wilde dieren zijn ook botten van een hond gevonden.

Kamarband-grot
De opgravingen van de Kamarband-grot hebben drie menselijke skeletten opgeleverd met de ouderdom van elfduizend jaar. Naast de menselijke resten zijn vuurstenen messen en botten van walrussen en herten gevonden. De menselijke skeletten hebben belangrijke informatie opgeleverd over de ontwikkeling van de mens, de gevonden cultuur staat bekend als Hutto-man. De vorm van de schedel van de skeletten verschilt van de schedels van neanderthalers. De schedels uit de grot komen grotendeels overeen met die van de moderne mens. De schedels zijn te plaatsen in de steentijd, ongeveer tienduizend jaar geleden.

Locatie
Hotu en Kamarband-grotten
Behshahr, Mazandaran, Iran
36.68743041909403, 53.498222370272224
Door Nadine Lemmers en Soheila Moghaddar